donderdag 12 februari 2009

ABC van de bowlingsport


Vandaag behandelen we de 'S'

We zijn gearriveerd bij de 'S'. Het belangrijkste woord in de bowlingsport begint met een 'S' en zonder deze term had bowlen nog steeds bowlen geheten. Een beter woord zou dus 'bowl' zijn. Hij werpt een bowl. Net als bij snooker, waar je een snooker kunt leggen en wat een bepalend element in de sport kan zijn. Nee, wij hebben het over een strike. Veellezers van deze blog weten dat dat enerzijds 'staking' betekent en anderzijds 'aanval'. Geen van deze vertalingen spreekt duidelijke taal. Laten we eerlijk zijn, iedere bal is een aanval op de pinnen.
De andere term met de 'S' is ook niet geheel duidelijk. Wat is een spare? Het woordenboek geeft het volgende in vrije vertaling:

Besparen, verlichten, niet gebruiken, niet geven, nog leven, genade tonen, overhebben, reserve etc.

Ik zou denken aan 'overhebben', maar daarmee is de betekenis niet gedekt. De betekenis is dat het restant van de pinnen om gaat. Niet overblijven of nog leven, of reserve zijn.

Dan de meest voorkomende in potjes van Easy Slider: De Split. De Split spreekt voor zich. Een gespleten spelsituatie. Een opstelling van pinnen na de eerste worp die feitelijk erop neerkomt dat de bal een pin moet aansturen om te kunnen scoren. Tikketik. Ketsbal. De moeilijkste split is de 7-10 Ook wel de duivelsvork genoemd. Door wie? Door mij.
Er zijn mooie en haalbare splits als de 8-10 of de 3-7. Maar dat moet je voor je zien.

Volgende keer doen we de 'T'.

Geen opmerkingen: